Het zal u niet ontgaan zijn dat de komende week mogelijk een nieuw kabinet wordt beëdigd. Kijkend naar het nieuwe motto, lijkt er met het vertrek van het CDA plotseling toch een rooms sausje over te zijn gekomen. Een bisschop wordt doorgaans pontifex genoemd, dat betekent bruggenbouwer. De paus heet pontifex maximus, de hoogste bruggenbouwer en zijn termijn heet pontificaat.
Het nieuwe kabinet heeft als motto gekozen: Bruggen slaan. Dat is niet bruggen bouwen, waarschijnlijk omdat ze maar weinig tijd hebben. Een brug bouwen kost tijd. Een brug slaan is een haastklus.
De oorspronkelijke titel pontifex stamt van vóór het Christendom en gold voor de Romeinse priesters die bruggen moesten slaan tussen goden en mensen. Het nieuwe kabinet moet bruggen slaan tussen VVD en PvdA, tussen werkgevers en werknemers, tussen arm en rijk, tussen Noord en Zuid, tussen commercie en milieu, tussen vrije markt en overheidsbemoeienis. De vraag is of ze ook bruggen kunnen slaan tussen ethiek en techniek, tussen zingeving en productie, tussen menselijke autonomie en een religieuze levenshouding.
Bruggen zijn bedoeld om verkeer door te laten. Daardoor kunnen bruggen ook bottlenecks of flessenhalzen worden, knelpunten, waardoor de voortgang stagneert met als gevolg een sociaal maatschappelijke infarct.
Er is iets goeds aan dit motto 'bruggen slaan'. Want hiermee erkent het nieuwe kabinet dat er verschillen zijn en dat die overbrugd moeten worden. Het betekent dat ze die werkelijkheid onder ogen willen zien en naar oplossingen zoeken. Maar het betekent ook dat ze aan die werkelijkheid zelf niets veranderen. Er komen hooguit wat bruggen, de gebieden zelf blijven apart, de kloof en de afstand wordt niet minder. Er kunnen alleen meer mensen van de ene naar de andere kant. Misschien is dat politiek ook wel het meest haalbare.
Vandaag is er een andere Pontifex aan het woord, die de enige brug slaat die er uiteindelijk toe doet, de brug tussen God en de mensen en de brug tussen mensen onderling. Wat Jezus doet, gaat verder dan welk kabinetsplan ook. Jezus zegt: Ik ben de weg, Ik ben de waarheid, Ik ben het leven, Ik ben de deur, Ik ben de Goede Herder. Zo kan Hij ook zeggen: Ik ben de brug. Wij, gelovigen, leerlingen en volgelingen van Jezus, wij moeten bruggen bouwen door eerst zelf brug te worden en brug te zijn. Dat betekent dat wij kloven moeten dichten, het leven van de anderen delen, één maken wat verdeeld is, heel maken wat gebroken is, de kwijnende vlaspit niet doven en het geknakte riet niet breken.
Jezus is de enige echte hogepriester die zijn leven heeft gegeven om God en mensen weer samen te brengen in een Nieuw Verbond. Wat wij doen, als gewijd priester en u door uw algemeen priesterschap, wij worden opgeroepen in ons eigen leven nog méér te zijn dan bruggenbouwers, wij moeten mensen van het Verbond zijn, mensen van het Nieuwe Verbond. In ons eigen leven moet de kloof gedicht worden tussen God en ons en tussen mensen onderling.
Daar gaan de lezingen ook over: “Het eerste is: Hoor, Israël! De Heer onze God is de enige Heer. Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart, geheel uw ziel, geheel uw verstand en geheel uw kracht. Het tweede is: Gij zult uw naaste beminnen als uzelf. Er is geen ander gebod voornamer den die twee.”
Het is deze tekst die voor een deel mijn priesterroeping heeft bepaald. Ik kwam een kleine veertig jaar geleden met mijn zus terug uit de avondmis en in de auto zaten we over deze tekst te praten. Ik vroeg me af: Bemin ik God? Wat is dat; God beminnen? Bemin ik mijn naaste? En wat betekent dat? Vanaf die tijd heb ik de ‘Oefening van liefde’ regelmatig gebeden (vindplaats: KatholiekGezin.nl en NL/B/Latijn RKDocumenten.nl). Die eindigt met de bede: “Heer, geef mij steeds meer liefde.” Want dit ene besefte ik toen duidelijk, welke keuzes je in je leven ook maakt, in alles zal deze liefde waar Christus over spreekt, de basis moeten zijn.
Dit dubbelgebod waar Jezus over spreekt is de eerste verbinding, het eerste teken van zijn Verbond. Liefde voor God en liefde voor de mensen horen bij elkaar. Die kun je niet losmaken, ze zijn als twee zijden van de ene medaille.
Het is duidelijk dat Jezus niet de politiek in is gegaan. Zijn fundament voor het Verbond, gaat veel verder dan bruggen bouwen, zijn fundament is de liefde. En liefde is niet iets waar politieke partijen voor zijn opgericht. Ze kunnen wel door hun beleid liefde bevorderen of liefde verminderen. Als ze met hun bruggen erin slagen de liefde bevorderen, is er enige winst. Als ze daar niet in slagen, is hun missie bij voorbaat mislukt.
Jezus is geen politicus, Hij is niet politiek correct, Hij sluit geen compromissen, Hij gaat voor het geheel, voor de Nieuwe Mens die één is met God en de naaste, die zichzelf geeft, ook als het pijn doet. Het verschil tussen houden van en beminnen is de actieve houding. Houden van kan nog passief zijn en is erg breed, je houdt van pindakaas en van mooi weer, je houdt van blond en van een goed glas wijn, je houdt van je ouders en van je vrienden. Beminnen is per definitie actief, beminnen kost je iets, beminnen hangt er niet vanaf hoe leuk of vriendelijk de ander is, beminnen gaat van jouw hart naar de ander toe. Bemin God en je naaste, actief. Maar weet je ook bemind door God. Zo word je zelf meer dan een brug, je wordt het verbond met God en je naaste. Amen.